Loading

Kumai, Borneo 5 t/m 10 oktober 2022

Tanjung Puting National Park

Image

Kumai, Borneo 5 t/m 10 oktober 2022

Na een uur rondjes te hebben gevaren terwijl we wachtten op het eerste daglicht onthullen eindelijk de silhouetten van Borneo zich voor onze ogen en varen we de rivier op richting Kumai. Het aanlopen van een nieuwe plaats doen we bij voorkeur bij daglicht. Zeker hier met de vele visnetten in het water die zelfs overdag nauwelijks zichtbaar zijn. We laten het anker vallen in de bruine rivier waarna direct een klein bootje aan komt sjezen om de mogelijke tours in het beroemde Tanjung Puting National Park waarvoor we hier naartoe zijn gekomen aan te bieden. Het park is met name bekend om de orang-oetans die hier in het wild geobserveerd kunnen worden.

Met onze eigen boot kunnen we de Sekonyer rivier waaraan het park zich bevindt niet op want deze is te ondiep. Daarom kiezen we voor een 3-daagse georganiseerde trip met een zogeheten “klotok”. Dit zijn smalle traditionele houten rivierboten met een zeer geringe diepgang die vaak uit twee verdiepingen bestaan. De benedenverdieping wordt gebruikt door de crew en de bovenverdieping is gereserveerd voor de gasten. 

Kumai zelf is overigens niks moois. 's Avonds gaan we met de dinghy aan wal opzoek naar een warme maaltijd na de intensieve en vermoeiende oversteek. Met lekkere satés, nasi goreng en een koud biertje in gedachten struinen we de straat af. Met zo'n toeristische trekpleister op steenworp afstand verwachten we enigszins westerse invloeden maar niets is minder waar. We eindigen met een teleurstellend bakje mie met botten waar nauwelijks vlees aan zit. Een biertje is ook niet te vinden gezien de overgrote meerderheid van Kumai moslim is, dus dat wordt uiteindelijk aan boord genuttigd. De nachtrust doet echter wonderen en de volgende ochtend is deze aankomst kater al lang weer vergeten.

Kumai gezien vanaf het water 

Voor het eerst in onze zeilcarrière laten we Incentive meerdere dagen alleen achter haar anker op een stromende rivier. Helemaal alleen is ze niet want er is ons beloofd dat een zogeheten boatboy in de kuip zal bivakkeren en goed op haar zal passen. Gelukkig biedt de dikke modder op de bodem van de rivier goede houvast voor het anker en voor de zekerheid steken we nog wat extra ketting. Met een soort mini Miami Vice bootje uit de jaren tachtig worden we aan wal gebracht. Bepakt met rugzak en camera stappen we aan boord van de klotok en ontmoeten gids Anisha, een vrolijke meid van 24 die uitstekend Engels spreekt. De andere twee gasten aan boord zijn twee grote Spaanse kerels genaamd Eduardo en César, beide zo'n 150kg schoon aan de haak. We maken kennis onder het genot van een ontbijtje terwijl de klotok de rivier op vaart.

Ingang Tanjung Puting National Park

 

Klotok varende op de Sekonyer rivier 

Het blijkt al snel dat niet alleen de orang-oetans hier hun thuis hebben. Na een uurtje varen spotten we een enorme zoutwaterkrokodil en zien we silverlit apen en makaken aan de waterkant.

Sanne en Anisha bekijken de grote krokodil die vlak naast de boot in het water ligt

Zoutwaterkrokodil in de Sekonyer rivier

Hij of zij bleef mooi stil liggen voor een close-up

Silverlit monkey

De eerste stop is gepland bij Tanjung Harapan dat letterlijk vertaald Kaap van Hoop betekend. Hier worden om drie uur 's middags de orang-oetans gevoerd en ik kijk erg uit naar de eerste ontmoeting met deze dieren. Ik hoef niet lang te wachten op dit moment. Tijdens de korte wandeling naar het platform zie ik ze al door de bomen slingeren en houden ze me goed in de gaten vanuit hun nest hoog in de bomen. Het alfa mannetje komt als eerste richting het platform en lijkt wel voor de camera te poseren. Daarna begint hij als eerste met eten en bepaalt ook wie er wanneer op het platform mag. Veel laat hij niet over voor zijn familie en dat is aan zijn omvang wel te zien. Mannetjes orang-oetans zijn vanaf twaalf jaar volwassen en beginnen dan ook de kenmerkende wangplaten te ontwikkelen.

Moeder en kind onderweg naar het platform

 

We worden in de gaten gehouden vanuit een nest hoog in de bomen

Het alfa mannetje poseert voor de camera

De kleintjes halen allerlei capriolen uit

Het alfa mannetje doet zich te goed aan een grote stapel bananen

Twee soorten aapjes

En nog meer aapjes

Ze hebben net als mensen allemaal echt een ander gezicht.  

Net voordat het donker wordt gaan we nog even de rivier op in de hoop proboscis apen, ofwel neusapen, te spotten die uitsluitend op Borneo voorkomen en zich rond dit tijdstip verzamelen in de boomtoppen dicht bij het water. Orang-oetan betekent letterlijk “mens van het bos”. De probiscus aap heeft de bijnaam Orang Belanda wat “mens die lijkt op Nederlanders” betekent! De lokale bevolking bedacht de naam voor de deze dieren omdat ze gelijkenis dachten te zien met de eerste scheepslui en missiepaters die op Borneo kwamen en voor hun begrippen ook een bolle buik en lange neus hadden. 

We hebben geluk en komen een groep Orang Belanda's tegen. Ze zitten echter ver weg, hoog in de bomen achter takken verscholen, wat fotograferen een uitdaging maakt. Maar uiteindelijk lukt het!

Een groep Probiscus apen in de boomtoppen

Close-up van moeder Orang Belanda met haar kind. De mannetjes met de kenmerkende grote neus houden zich helaas te goed verborgen voor een foto.

We gaan terug naar Tanjung Harapan voor een nachtelijke wandeling door de jungle. Best wel spannend want we komen zelfs een slang tegen, maar de vogelspinnen houden zich verscholen.

De adder die we tegenkwamen tijdens de nachtelijke wandeling in de jungle.

We komen spinnen van redelijk formaat tegen maar de vogelspinnen houden zich verborgen.

Moe maar voldaan stappen we terug aan boord van de klotok waar inmiddels de bovenverdieping is omgetoverd tot slaapvertrek. We liggen net onder onze klamboe wanneer we gerommel op het dak van de boot horen. Hier waren we vooraf al voor gewaarschuwd. De makaken komen roven zodra de mensen op één oor liggen en wij vormen geen uitzondering.

Als de aapjes weer vertrokken zijn willen ook wij naar dromenland vertrekken maar de buren steken daar een stokje voor. De twee Spaanse beren die ongeveer een halve meter bij ons vandaan liggen blijken enorm te snurken. Het lijkt alsof al het oerbos op Borneo op steenworp afstand met gruwelijk geweld in één nacht neergehaald wordt. Één setje oordopjes en twee stukken servet zijn een schrale troost tegen dit snurkgeweld en we doen beiden amper een oog dicht.

De volgende dag bezoeken we nog twee platforms waar we de orang-oetans kunnen bewonderen: Pondok Taggui en Camp Leakey. We hebben geluk want het blijft droog en ook hier laten de alfa mannetjes zich gelden en zijn als eerste op het platform.

Pondok Tanggui

Dit keer een alfa mannetje met beide handen vol bananen.

 

Maar ook dit kleintje weet stiekem een banaan te pakken te krijgen.

Er wordt flink gesmuld van de aangeboden lekkernijen.

Naast bananen krijgen ze ook grote kommen met melk die duidelijk goed in de smaak vallen

De anderen hopen dat er nog iets voor hen overblijft.

We hebben geluk dat ook deze gibbon zich even laat zien.

Deze vlinder vindt Rik zijn pet en zonnebril zo interessant dat hij zeker een half uur blijft zitten.

Vleesetende planten in de jungle van Borneo.

Op de weg terug naar de klotok spotten we nog een groep makaken waaronder deze moeder met een kleintje.

Camp Leakey

Dit bord staat er niet voor niks...

De rangers zorgen ervoor dat de gasten niet te dicht in de buurt komen. 

Na deze laatste ontmoeting varen we stroomafwaarts en zien we vanaf het dak van de klotok nog een Hornbill en twee Kingfishers vliegen. Helaas waren ze te snel voor de camera maar een voorbeeld is op het wereldwijde web gelukkig snel gevonden.

Wildlife spotten vanaf het dak van de klotok. 

Great Hornbill - Photograph by Shantanu Kuveskar

Foto van een Kingfisher door Borneo Birding Tours

In de avond wordt de klotok met touwen aan de palmen vastgebonden die lang het water staan. Helaas laten de vuurvliegjes zich niet zien vandaag maar de avondmaaltijd is wederom verrukkelijk en twee setjes oordoppen zorgen voor een beetje nachtrust.

De maaltijden aan boord zijn iedere keer voortreffelijk. Hier zit Sanne aan tafel met de twee Spaanse Snurkberen César (links) en Eduardo (rechts), die overigens wel heel gezellig zijn. 

Zeer eenvoudige huizen langs de rivier

Sommige daken zijn niet meer dan een stuk plastic en bij de meeste huisjes ligt een bootje voor de deur.

Op sommige plekken is de rivier zo smal dat we er nog maar net doorheen kunnen en aan beide kanten de planten aan de kant duwen. 

De volgende ochtend varen we het laatste stukje stroomafwaarts en worden we herenigd met onze geliefde Incentive die gelukkig veilig en rustig achter haar anker ligt te wiegen. De grens van het nationaal park is pijnlijk zichtbaar. Net voorbij de de noordelijke oever van de Sekonyer rivier die de grens van het park vormt beginnen de palmolie plantages die verantwoordelijk zijn voor de massale vernietiging van het regenwoud wat catastrofale gevolgen heeft voor het voortbestaan van de orang-oetans. Grote stukken regenwoud worden gekapt en afgebrand zonder dat er omgekeken wordt naar de dieren die er leven. Ze raken gewond, komen om in de vlammen of worden soms simpelweg dood geschoten omdat het leefgebied verkleind wordt en de dieren elders op zoek naar voedsel. Jonge orang-oetans blijven daardoor vaak verweesd achter. Het aantal orang-oetans op Borneo is sinds 2000 al met 100.000 afgenomen. Er zijn slechts 75.000 tot 100.000 dieren over.

 

Op deze kaart is de Sekonyer Rivier in rood aangegeven. Rechts is Pondok Tanggui te lezen; één van de drie platforms waar de orang oetans gevoerd worden. Het nationaal park bevindt zich ten zuiden van de rode lijn, de palmolie plantages (de rechthoeken in de kaart) net ten noorden van de rivier.

Stoppen met de productie van palmolie lijkt misschien goed maar zo gemakkelijk is het niet. Ongeveer de helft van de wereldbevolking vertrouwt op palmolie als onderdeel van hun voeding. Overstappen op een andere olie gewassen is ook niet verstandig. De oliepalm produceert namelijk tot wel negen keer meer olie per oppervlakte-eenheid dan andere gewassen als soja, zonnebloem of koolzaad. Om dezelfde hoeveelheid olie te produceren zou er dus nog meer grond nodig zijn met meer ontbossing als gevolg. Wel kunnen we het gebruik van palmolie voor doeleinden anders dan de voedingsmiddelenindustrie zoals zeep of brandstof terugdringen en de productie van palmolie verduurzamen.

Voor vertrek richting het eiland Belitung is er nog één technische missie die volbracht moet worden volgens de kapitein. De oude circulatiepomp die tijdens de oversteek hier naartoe stuk is gegaan moet en zal uit elkaar gehaald worden zodat de benodigde onderdelen besteld kunnen worden. Hiervoor is echter een hydraulische pers nodig en die hebben we niet aan boord. Ook in Kumai blijkt dit een exclusief stukje gereedschap waar de gemiddelde brommer monteur niet over beschikt en meermaals moeten we onze pomp redden door deze vriendelijk doch dringend uit met olie besmeurde handen te trekken wanneer de behulpzame monteur met een bankschroef en een dikke hamer aan de slag wil gaan. Anderhalf uur, 5 kilometer en anderhalve liter zweet later vinden we bij de lokale ijzerwaren handelaar een oude rot in het vak waar we wel vertrouwen in hebben. Een pers is er niet dus er komt toch een hamer aan te pas maar dan wel op een zeer beheerste manier waarbij er eerst gekeken wordt hoe het ding nu eigenlijk in elkaar zit en er voorzichtig te werk wordt gegaan. Niet veel later ligt de pomp voor het gebouw in stukken uitgestald op de betonnen vloer. Conclusie: de as en lagers zijn compleet aan gort en moeten vervangen worden. We weten nu echter wel hoe het binnenwerk eruit ziet en wat er besteld moet worden; missie geslaagd.

 

De lokale ijzerwaren handelaar

De monteurs aan het werk.

Het enige dat nog rest is een rondje markt gehuld om de vers voorraad aan te vullen. Met twee tassen vol groenten, fruit en een hele kip stappen we aan boord. Na het wassen van de groenten en het fruit blijkt de kip een kleine verrassing te hebben. Alle ingewanden zitten er namelijk nog in.Vijf jaar geleden zou ik hier waarschijnlijk van gegruweld hebben maar nu draaien we onze hand er niet meer voor om en is de klus zo geklaard.

Nog even een kip kopen op de markt... 

Ondertussen zwemmen de slangen vlak langs de boot.

Ik haal het anker op en Rik stuurt Incentive richting de riviermonding waar we nog een nachtje voor anker gaan zodat we met eerste daglicht koers kunnen zetten naar het eiland Belitung.