Hermitage Bay 6 t/m 9 mei 2018
’s Middags krijgen we bezoek van de Innamorata en de Aliante. We zitten gezellig aan de borrel als de Zuid-Afrikaanse John in zijn dinghy aan komt varen en ons uitnodigt voor de “braai” op het strand vanavond. Rik en ik kijken elkaar aan weten dat het eigenlijk niet past bij ons plan om morgen te vertrekken naar Sint Eustatius. We hebben al gekookt voor vanavond en besluiten aan boord te eten maar beloven om nog een drankje te komen doen op het strand.
We gaan nog even snorkelen met Francis en Cu voordat het moment aankomt dat we afscheid moeten gaan nemen.
De middag is snel voorbij en op het strand zien we de “braai” al roken. Na het eten stappen we in de dinghy en gaan een kijkje nemen.
Het is een ontzettend leuk en internationaal gezelschap. Met zijn allen zitten we rond het vuur en genieten van een koud biertje. Rond half 10 begint iedereen langzaam richting de boten te gaan.
Ik wil even iemand helpen om de dinghy in het water te trekken maar dan gaat het mis. Er steekt een scherp stuk hout uit het zand waar ik over struikel. Zodra iemand met een zaklamp op mijn voet schijnt zie ik pas wat er aan de hand is. Ik heb een diepe wond in mijn voet die er niet zo fraai uitziet.
Carol van de Innamorata is verpleegster en gelukkig in de buurt. Aan boord van de Incentive heeft zich ondertussen een waar reddingsteam verzameld.
Carol maakt de wond schoon en bekijkt de schade. Helaas, het is niet goed te zien of er nog hout in mijn voet zit. De wond is erg diep en zal gehecht moeten worden. Devon die de marifoon bemant roept op om een taxi te regelen. Wanneer dit na verschillende pogingen niet lukt wordt er contact opgenomen met het nabijgelegen resort. Ik wordt in de dinghy naar het strand gebracht. We dachten dat er een taxi zou komen maar zodra ik rode lampjes zie verschijnen weet ik dat er een ambulance geregeld is. Nogal overdreven voor een wond aan mijn voet, maar waarschijnlijk kunnen ze het ter plekke wel hechten.
Mooi niet dus. Ik wordt ingeladen en meegenomen naar het ziekenhuis.
Rik mag voorin de oude Amerikaanse ambulance plaatsnemen en totaal overbodig gaan we met zwaailicht en sirene naar St John’s. Rode verkeerslichten worden genegeerd en Rik vind dit bijzondere ritje prachtig. Het is inmiddels 23.00uur en daar zitten we dan bij de eerste hulp op Antigua. Een dakloze man die door de politie binnengebracht is zit naast me en laat uitgebreid een dikke scheet. Zowel de politieagenten als wij kunnen onze lach niet meer inhouden.
We zijn de enige blanken op de afdeling en het is toch wel even anders dan wij gewend zijn. Deuren van behandelkamers staan gewoon open en de poetsvrouw zwabbert vrolijk door de gang waarbij alles wat op de vloer lag door de lucht vliegt.
Dan begint het circus met de papierhandel. We hebben uiteraard ons verzekeringsbewijs niet bij en moeten een aanbetaling doen voordat ze me willen helpen. De moed zakt me een beetje in de schoenen (of in de ene slipper die ik nog aan heb).
Na nog eens uren wachten ben ik aan de beurt. Ik ben inmiddels erg moe, heb het koud door de airco en ben ook wel een beetje bang voor de hechtingen. Boven de behandelkamer hangt een bordje met de tekst “Santa’s repair room”. Jep, hier moet ik zijn.
Een half uurtje later ben ik 7 hechtingen rijker en helpt Rik me naar de uitgang van het ziekenhuis.
Daar weten we gelukkig een taxi te vinden die ons terug wil brengen naar de baai. Het is 03.30uur als Rik onze dinghy richting het water trekt. Ik ga erin zitten en Rik moet het bootje met mij erin naar dieper water krijgen zodat we de motor kunnen starten. Dat is nog niet gemakkelijk en ik heb erg met hem te doen. Wat een stom ongeluk!
Uiteindelijk komen we om 04.00uur aan bij de Incentive en kunnen we eindelijk gaan slapen.
De volgende ochtend komen Steve en Carol kijken hoe het met me gaat. De pijn valt gelukkig wel mee maar ik kan en mag niet op mijn voet staan waardoor alles aan boord heel veel moeite kost. We kunnen zo echt niet gaan zeilen en besluiten nog een paar dagen in Antigua te blijven totdat ik in staat ben om te helpen bij het zeilen.
Helaas betekent dit dat we nog een keer terug moeten naar de douane. Rik moet hiervoor 8 km lopen en combineert het met een bezoekje aan de apotheek om mijn antibioticakuur op te halen. Gelukkig zijn de douanebeambten heel vriendelijk en annuleren onze uitklaring. Voor vertrek moeten we wel nog een keertje terug om ons opnieuw af te melden.
De andere zeilers zijn in de ochtend al druk bezig geweest op het strand. Ze hebben de “boosdoener” uit het zand verwijderd en ritueel verbrand zodat er niet nog meer ongelukken kunnen gebeuren.
In de dagen die volgen ben ik aan de boot gekluisterd maar zorgt zuster Rik heel goed voor me. Iedere avond maakt hij de wond schoon en vervangt het verband.
Omdat we geen verzekeringspapieren bij ons hadden in het ziekenhuis moet Rik ook hier nog een keer naartoe om het papierwerk en de financiën in orde te maken. Dus weer 8 km lopen en met de bus heen en terug.
Na een paar dagen gaat het al een stuk beter en kunnen we verder naar Sint Eustatius. Voor het laatste nachtje op Antigua gaan we terug naar Jolly Harbour Bay omdat dit gemakkelijker is met uitklaren. Maar dan is het toch echt zo ver, we kunnen ankerop naar een bijzonder stukje Caribisch Nederland.