Loading

De oversteek van Bawean naar Borneo 2 t/m 4 oktober 2022

motorproblemen in een windstilte

Image

De oversteek van Bawean naar Borneo 2 t/m 4 oktober 2022

Het is tien uur ‘s avonds. Rik is net gaan slapen en de maan gaat langzaam onder terwijl ik probeer te wennen aan de omgeving. Allemaal lichtjes om me heen in een steeds donker wordende nacht. Het spel begint. 

Wie is het? En vooral ook, welke richting gaat het op?

Ieder lichtje is een schip dat ontweken moet worden. Ik houd hun positie ten opzichte van die van ons goed in de gaten en probeer in te schatten hoe ver ze bij me vandaan zijn. Geen gemakkelijke klus. Aan de verlichting van een schip kun je normaal gesproken zien welke kant hij opgaat. Rood aan bakboord (links), groen aan stuurboord (rechts) en een wit licht van achteren (heklicht), plus nog een aantal andere soorten verlichting die bij specifieke soorten schepen horen. Die informatie kan hier in de meeste gevallen in de prullenbak. Rode, groene, blauwe en oranje knipperlichtjes zijn hier favoriet in alle mogelijke combinaties. We varen tussen de kerstbomen die niet aan boordlichten doen. 

Dit is een lichtvisser die 's nachts goed te herkennen is aan de vele felle witte lampen waarmee ze plankton en kleine visjes naar de oppervlakte lokken die als aas dienen voor de inktvis waar ze naar op zoek zijn. Ze liggen meestal stil en zijn dus gemakkelijk te omzeilen

Een beter beeld van de verlichting van de lichtvissers. 

In dit spel heb ik drie hulplijnen: AIS, Radar en Rik. Bij voorkeur in die volgorde.

Hulplijn 1 wordt direct ingeschakeld. Schepen die beschikken over het Automatic Identification System, oftewel AIS, kan ik buiten op mijn schermpje zien. Het laat niet alleen de positie van het schip zien maar ook hoe groot ze zijn, hoe ze heten, welke snelheid ze varen en hoe ver we bij elkaar vandaan blijven. Makkie dus! Een goede hulplijn! Dat zou kloppen wanneer alle schepen over dit mooie systeem beschikken. Maar die vlieger gaat helaas niet op. 

Hulplijn twee, de radar, wordt ook ingeschakeld. Ik zie door de kerstbomen het bos niet meer. De radar laat objecten zien als paarse vlekken. Dit kan een boot zijn, maar ook regenbuien kun je bijvoorbeeld op de radar aan zien komen. Hoe groter de vlek, hoe groter het object. Maar houten boten of kleine objecten zoals de houten vlotten die hier drijven zijn niet zichtbaar op de radar. En laten die kerstbomen nu ook net van hout zijn! Ik tuur om me heen terwijl de maan achter een donkere wolk in zee zakt en de nacht steeds donkerder wordt. 

Beeld van de kaartplotter. Het rode bootsymbool in de paarse vlek is een schip dat over AIS beschikt en zichtbaar is op de radar. De paarse vlek rechts beneden is een schip dat geen AIS systeem heeft maar wel zichtbaar is op de radar.

Een fel oranje licht verschijnt aan de horizon, geen AIS signaal, wel een dikke vette paarse klodder op het radarbeeld. Even in de gaten houden, nog niks aan de hand. Een uur later is de positie ten opzichte van ons nog niet veranderd maar de afstand is wel een stuk kleiner geworden. Het grote gevaarte lijkt nog steeds recht op ons af te komen. Oei! En nu? Ik schijn met een felle zaklamp op de mast om te benadrukken dat we een zeilboot zijn en dit lijkt effect te hebben. Er wordt met een zaklamp onze kant op geschenen. Het wordt me toch allemaal een beetje té spannend wanneer de onderlinge afstand minder dan 1 nautische mijl is en de paarse klodder nog steeds dichterbij komt. 

Hulplijn 3; Ik maak Rik wakker. Ook hij vindt het een merkwaardige situatie dat zo’n groot schip niet op AIS verschijnt. Een stukje achter de boot zien we een rood flitslampje waarvan we niet precies weten of dat nu bij die boot hoort of niet. Zou het misschien zo’n sleper met een grote bak kolen erachter zijn? Die zijn we overdag ook al een aantal keren tegen gekomen. 

Ons vermoeden wordt vrijwel direct bevestigd. Uit het niets verschijnt opeens een AIS signaal op het scherm. Het is nog 0,7 mijl van ons verwijderd. De naam begint met TB: Tug Boat. De specificatie geeft aan dat het om een grote sleep gaat. Een grote sleep met een heel klein AIS signaal. Hij gaat vlak achter ons door en Rik kan terug naar bed.

Ik concentreer me weer op de rest van de lichtjes om ons heen. Alles wat nu dichtbij is heeft een duidelijk AIS signaal. Het is rustig en de situatie is onder controle. Achter ons vaart een groot schip dat ons snel voorbij zal varen. Het lijkt erop dat hij voor ons langs zal gaan maar wanneer hij nog maar een paar mijl bij ons vandaan is liggen we opeens op ramkoers. Eerst maar eens kijken met wie we te maken hebben. Er blijkt een tanker van 181 meter lang met een snelheid van ruim 12 knopen op ons af te denderen. Niet per se een heel fijn gevoel.

Hulplijn nummer 4; de marifoon. Deze hulplijn zorgt ervoor dat we met andere boten kunnen praten. Ik roep hem op en vraag of hij ons gezien heeft en of hij voor óf achter ons door wil varen. Gelukkig spreekt de man perfect Engels en bevestigt dat hij ons in het vizier heeft. Hij heeft zijn koers gewijzigd en zal achter ons langs varen. Ik bedankt de beste man, wens hem een goede reis en kan weer opgelucht ademhalen. 

De horizon is nu donker. Geen lichtjes, geen kerstbomen. De houten vlotten die door vissers gebruikt worden blijven onzichtbaar. Geen AIS, geen radar, Rik kan ze ook niet zien en op een oproep via de marifoon reageren ze ook niet. Op hoop van zegen zullen we dan maar zeggen. Had ik nu toch maar zo’n offerbakje uit Bali meegenomen waarmee de Hindoeïstische goden geëerd worden. Ik sla maar een kruisje, dat helpt vast ook. Drie uur zijn voorbij en daarmee ook deze ronde van het spel. Hulplijn 3 wordt wakker gemaakt en mag de volgende ronde spelen. 

Een voorbeeld van een Fish Aggregating Device, Vaak gemaakt van autobanden, bamboe en touw met soms een vlaggetje erop. Overdag al slecht te zien en 's nachts onzichtbaar voor het oog, AIS en radar. 

Zo wisselen we elkaar 's nachts om de drie uur af. Omdat de wachten hier zo intensief zijn en we elkaar af en toe wakker moeten maken omdat er een lastige situatie is ontstaan is de reis erg vermoeiend. We proberen overdag wat bij te slapen om ons voor te bereiden op de volgende nacht.

KRRRRRRRRRRRR!!! Opeens een akelig rammelend geluid uit de motorruimte. We zetten de motor direct uit en Rik gaat op onderzoek uit. Wat is er nu weer? In Australië zaten we met een defecte keerkoppeling en ik vrees voor wat we nu weer gaan tegenkomen. Rik steekt een bezorgd hoofd uit de kajuitingang. “De circulatiepomp die de koelvloeistof rondpomp is kapot gegaan, de lagers zijn versleten” vertelt hij. Ik kijk om me heen naar een zee als een spiegel en alle vissersbootjes om me heen. De eerste woorden die in me opkomen zijn “sitting duck”. We zijn stuurloos en dobberen maar wat op dit windstille stuk water dicht bij de evenaar met nog meer dan honderd mijl te gaan tot Borneo. Geen motor en geen wind, geen beste combinatie.

Maar gelukkig zijn we goed voorbereid. We hebben in Nederland ooit een verzameling onderdelen van een zelfde type motor gekocht en laat daar nu net een nieuwe circulatiepomp tussen zitten! Wonder boven wonder blijken we ook nog alle o-ringen te hebben en kunnen we beginnen met de reparatie.

De boot is als een speelbal op de golven en de middagtemperatuur is opgelopen tot 35 graden Celsius. Gereedschappen schuiven door de boot door de beweging op de golven en ook wij weten ons nauwelijks op onze plek te houden. We glibberen door ons eigen zweet van links naar rechts en weer terug terug terwijl we de koelvloeistof aflaten en de pomp vervangen. Om de haverklap naar buiten om de omgeving in de gaten te houden en dan weer snel naar binnen de sauna in. Na anderhalf uur slingersleutelen is de klus geklaard en kunnen we starten. Een spannend moment. Als er nog iets anders kapot blijkt dan dobberen we hier nog wel een aantal dagen voordat we wellicht hulp in kunnen schakelen of er een zuchtje wind op komt steken.

De contactschakelaar gaat om en ik druk gespannen op de startknop terwijl Rik boven de motor hangt. Succes! De motor draait als een zonnetje alsof er nooit iets aan de hand is geweest. De versnelling gaat in z'n vooruit en we zijn weer onderweg. Zo'n drie jaar slepen we al een grote tas met motoronderdelen mee maar nu blijkt hij weer van onschatbare waarde. Nog één nachtje volhouden tussen de wirwar van lichtjes en dan kunnen we eindelijk ontspannen en gaan genieten van de prachtige jungle van Borneo met zijn orang-oetans, macaques, gibbons en proboscis apen.